Dezelfde theorie van groene band en groen blauwe band + onderstaande theorie
Technieken – Inleiding
Bij het benoemen van een bepaalde technieken hanteert met in het Koreaans min of meer een vaste volgorde van duidingen. Allereerst wordt aangegeven in welke stand de techniek dient te worden uitgevoerd, voorafgegaan door de bepaling van rechts- of linksgericht. Vervolgens wordt de hand- of voettechniek omschreven. Dit gebeurt aan de hand van het onderstaande schema.
1 rechter- of linkerhand c.q. rechter- of linkervoet
2 het lichaamsdeel waarmee wordt aangevallen c.q. verdedigd
3 het lichaamsdeel dat wordt aangevallen c.q. verdedigd
4 de richting van de aanval c.q. verdediging
5 de vorm van de aanval c.q. verdediging (stoot, slag, trap)
Voorbeeld:
Een binnenwaartse slag met de rechtermeshand naar de hals vanuit een lange stand met het rechterbeen voor,
ziet er in het Koreaans als volgt uit:
oreun ap koobi seogi oreun han sonnal mok an chigi
Dit kan opgesplitst worden met behulp van het bovenstaande schema tot:
oreun ap koobi seogi oreun han sonnal mok an chigi
Het telwoord “han” geeft aan dat slechts één hand een meshand is, de andere hand bevindt zich als vuist op de heup. Het is niet altijd nodig om elke techniek volgens de punten 1 tot en met 5 te benoemen. Er wordt dan volstaan met een verkorte benaming.
Voorbeeld:
De eerste techniek van de eerste taegeuk is een lage afweer met de vuist. Volgens de bovenstaande methode zou
deze afweer in het Koreaans er als volgt uitzien: bakat palmok arae bakat makki. Dit wordt echter vaak afgekort tot arae makki.
Een bepaalde stand wordt rechts- of linksgericht genoemd afhankelijk van wat als het belangrijkste been wordt beschouwd voor die stand. Het voorste been wordt bij ap koobi seogi, ap seogi, mo-joochoom seogi als het belangrijkste been gezien. Het achterste been wordt bij dwit koobi seogi, beom seogi, pyonhi seogi als belangrijkste been gezien. Het standbeen wordt bij haktari seogi en koa seogi als belangrijkste been gezien.
Voorbeeld:
Staat men in ap koobi seogi, ap seogi en dwit koobi seogi met het rechterbeen voor, dan is het oreun ap koobi seogi, oreun ap seogi en oen dwit koobi seogi.
Standen
1 seogi standen
2 moa seogi gesloten stand
3 naranhi seogi parallelstand
4 pyonhi seogi open stand, dit is een natuurlijke stand waarbij de voeten als in naranhi seogi naast elkaar staan, maar nu met de voeten 45 graden naar buiten zijn gedraaid
5 joochoom seogi paardrijderstand
6 ap-joochoom seogi paardrijderstand met beide voeten 45 graden naar links of rechts gedraaid
7 mo-joochoom seogi paardrijderstand waarbij een voet ten opzichte van de andere 1 voetlengte naar voren is geplaatst, ook wel diagonale paardrijderstand genoemd
8 ap seogi loopstand
9 ap koobi seogi lange stand
10 dwit koobi seogi korte stand, L-vorm
11 beom seogi tijgerstand
12 koa seogi kruisstand
13 ap koa seogi kruisstand, kruising voor het standbeen
14 dwit koa seogi kruisstand, kruisstand achter het standbeen
15 haktari seogi kraanvogelstand
16 mikeurembal snelle houdingsverandering door verplaatsing van beide voeten
17 modeumbal tamelijk langzame verandering van houding, beide voeten worden naast elkaar geplaatst (moa seogi)
Stoottechnieken
Onder jireugi worden de stoottechnieken verstaan, waarbij met de vuist vanaf de heup rechtstreeks naar een doel wordt gestoten. Deze technieken kunnen uitgevoerd worden met ap-joomeok, deung-joomeok, pyonjoomeok en bam-joomeok. Wat betreft de richting van de stoot kan onderscheid gemaakt worden tussen:
1 bandae jireugi voorwaartse tegengestelde stoot ten opzichte van het achterste been (b.v. linkerbeen voor, stoot met linkervuist)
2 baro jireugi voorwaartse gelijkgerichte stoot ten opzichte van het achterste been (b.v. linkerbeen voor, stoot met rechtervuist)
3 dollyeo jireugi rondwaartse stoot in de eindpositie is de arm 90 graden gebogen
4 yeop jireugi zijwaartse stoot
5 dwit jireugi achterwaartse stoot over de schouder
6 naeryo jireugi neerwaartse stoot
7 dangyo jireugi opwaartse stoot met jeochyo joomeok
8 seweo jireugi verticale vuiststoot, duim van de vuist zit boven
9 jechyo jireugi opwaartse stoot, omgekeerde vuist met handrug beneden
Voorbeelden:
1 momtong bandae jireugi: voorwaarts tegengestelde stoot met eopeun ap-joomeok naar plexus solaris
2 eolgeol bandae jireugi: voorwaarts tegengestelde stoot met eopeun ap-joomeok naar het hoofd
3 dangyo teok jireugi: opstoot met omgekeerde vuist naar de kin
4 pyojeok jireugi: stoot tegen de eigen hand dat als doel fungeert
5 doo joomeok jechyo jireug: twee gelijktijdige vuiststoten met jechyo joomeok, ofwel dubbele opstoot